Verstopping komt regelmatig voor bij jonge kittens, vooral wanneer ze met de hand worden grootgebracht. De ontlasting blijft dan te lang in de darm, waardoor deze uitdroogt en hard wordt. Het kitten krijgt dan moeite met poepen en kan onrustig zijn, persen zonder resultaat of een opgezette buik krijgen. De belangrijkste oorzaken zijn:
- poedermelk verkeerd aangemaakt (te weinig water)
- extra schepje melkpoeder, voor extra voedingsstoffen
- vocht tekort ( te weinig melk gedronken)
- te weinig vet in de voeding
- te lage lichaamstemperatuur
Preventie - houd een schema bij
Voorkomen is beter dan genezen. Houd daarom altijd goed bij wanneer een kitten heeft gepoept en geplast. Noteer dit in een schema, samen met het gewicht en de hoeveelheid melk die het heeft gedronken. Het verschilt per kitten hoe vaak het poept of plast, maar door het bij te houden zie je snel of er afwijkingen zijn.
Als een kitten minder drinkt, zal het ook minder poepen – dat is logisch, maar het moet wel passen bij de hoeveelheid voeding. Merk je dat de ontlasting uitblijft of dat het kitten duidelijk moet persen, dan kun je het volgende proberen.
Wat je zelf kunt doen
Zorg dat het kitten warm blijft (ongeveer 30–32 °C) en masseer na elke voeding zacht het buikje en het gebied rond de anus met een lauwwarm, vochtig watje om de stoelgang te stimuleren. Een kitten moet altijd geholpen worden met poepen en plassen.
Om de melk beter verteerbaar te maken en de ontlasting zachter te houden, kun je de voeding vetter maken: vervang ongeveer 25% van de melkvoeding door koffieroom (géén koffiemelk). Gebruik altijd echte room en meng dit bij elke voeding door de melk. (Gebruik geen sla-olie of olijfolie, dat mengt niet lekker met melk, en blijft lang plakken aan de darmwand).
Daarnaast is het belangrijk dat het kitten voldoende vocht binnenkrijgt. Geef tussen de voedingen door een beetje ORS-oplossing (oral rehydration solution) met een klein spuitje. Dit helpt uitdroging voorkomen en ondersteunt de darmen. Meer over uitdroging bij jonge dieren
Wanneer naar de dierenarts
Als een kitten 48 uur niet heeft gepoept, moet je altijd naar de dierenarts. Een dierenarts kan vaststellen of er sprake is van een echte verstopping en zo nodig een klysma of een laxeermiddel toedienen.
Over klysma’s en laxeermiddelen
Een klysma of laxeermiddel geeft meestal binnen enkele minuten hevige krampen. Geef dit dus alleen als je zeker weet dat je kitten echt verstopt is. Zet het kitten na toediening op een warme kattenbak of in een doos met oude handdoeken, want het kan rommelig worden.
Vlak na een klysma geef je geen melkvoeding, maar alleen ORS om de darmen te laten herstellen. Pas enkele uren later mag het kitten weer melk krijgen.
Wat is ORS en hoe maak je het?
Overloopdiarree
Soms lijkt het alsof een kitten diarree heeft, terwijl het in werkelijkheid juist verstopt zit. Een kitten dat erg hard perst, kan zoveel druk opbouwen dat het vocht uit de darmen langs de verstopping wordt geperst. Je ziet dan wat dunne ontlasting, maar de harde prop blijft zitten. Dat heet overloopdiarree.
Als je dan een middel geeft om de diarree te stoppen, wordt het probleem alleen maar erger, omdat de ontlasting nog verder indikt. Bij een ernstige verstopping zal het kitten uiteindelijk stoppen met drinken en kan het gaan braken.
Een dierenarts, of iemand met veel ervaring in de opvang van jonge dieren, kan door voorzichtig met de vingers te voelen of er een harde prop in de darmen zit. Zo kan onderscheid worden gemaakt tussen echte diarree en verstopping.
 
				