Jonge dieren raken gemakkelijk uitgedroogd. Als ze één of meerdere voedingen hebben overgeslagen, of diarree krijgen door ziekte of stress, is de uitdroging al gauw gebeurd.
Vaak zie je aan de buitenkant niets van uitdroging, tenzij het in een erg vergevorderd stadium is.
Symptomen van ernstige uitdroging
- Ziet er klein en rimpelig uit
- Lusteloosheid
- Ingevallen ogen
- Droge, niet elastische huid
- Droge mond, tandvlees en gehemelte
- Geen of minder urine, de urine is vaak erg donker van kleur
- Geen poep, of harde droge keutels
Turgortest
Een bekende test om uitdroging te bepalen is de turgortest, waarbij je een stukje huid tussen duim en vingers omhoog trekt en weer los laat. De huid moet dan weer spoedig teruggaan naar de normale positie. Je kunt het uitproberen bij je eigen hand, en bij een dier zou de huid net zo snel weer terug moeten schieten. Vaak wordt bij dieren de huid in de nek of tussen de schouderbladen gebruikt om een turgortest te doen.
(Blijft de huid bij je eigen hand ook omhoog staan, zoals op het plaatje, dan ben je zelf ook uitgedroogd.)
Bij jonge haarloze dieren werkt de turgortest vaak niet zo goed. Jonge dieren zitten sowieso vaak erg los in hun vel, en bij haarloze eekhoorntjes en konijntjes bijvoorbeeld, kan je makkelijk een huidplooi optillen, en dan blijft de huidplooi altijd nog een beetje omhoog staan. Ook als het dier niet is uitgedroogd.
De Turgortest is dus geen betrouwbare manier om vast te stellen of een dier wel of niet in uitgedroogd.
Oorzaken van uitdroging in het wild
- Te weinig gedronken. Misschien was de moeder langere tijd weg, of had ze niet genoeg melk meer.
- Geen toegang tot water (voor dieren die met moeder meelopen)
- Extreme warmte
- Zout voedsel
- Ernstige bloedingen
- Diarree
- Koorts
- Overgeven
- Ziekte
Oorzaken van uitdroging in de opvang
- Het diertje is te lang vervoerd en onderweg is geen water aangeboden.
- De melk is te geconcentreerd aangemaakt
- Te weinig melk gegeven
- Extreme warmte
- Ziekte
- Het dier herkent de waterbron niet. Weet niet hoe het uit een waterflesje moet drinken.
- Teveel zout in het voer
- Er wordt niet genoeg of slechte kwaliteit water aangeboden
Altijd eerst uitdroging verhelpen, dan pas voeding
Een uitgedroogd dier kan geen voeding verteren. Eerst moet de uitdroging worden verholpen. Als je tóch voeding geeft aan een ernstig uitgedroogd dier, kunnen de organen ermee stoppen en kan het diertje sterven. Geef pas voeding als het dier voldoende is gerehydrateerd, dat is vaak pas nadat je 24 uur rehydration / ORS hebt gegeven.
Denk eraan dat het wel 3 a 4 dagen kan duren voordat een ernstig uitgedroogd dier weer volledig is gerehydrateerd. Dus als je na 24 uur weer voeding gaat geven, blijf dan ook doorgaan met extra vocht toedienen.
Als het dier niet is uitgedroogd, of je weet het niet zeker, geef dan toch altijd rehydration/ORS in de eerste 12 tot 24 uur. De Rehydration helpt bij stress, is makkelijk te verteren, en zorgt voor een goede overgang van moedermelk op kunstmelk of het nieuwe voedsel dat je wilt gaan geven.
lees ook: Overstappen van ORS op melk
Houd de urine in de gaten
Een belangrijke indicator voor uitdroging is de urine. Een uitgedroogd dier zal veel minder plassen, en de urine is donkerder van kleur. Zet het dier daarom op een witte handdoek of wit keukenpapier, zodat je goed kunt zien of het dier heeft geplast, en welke kleur de urine heeft.
De witte ondergrond heeft meer voordelen. Het geeft ook de mogelijkheid om de poep in de gaten te houden, en je ziet mogelijk bloed eerder dan op een ondergrond met stro of snippers.
Bepaal de beste manier om de vochthuishouding weer te herstellen
Overleg met je dierenarts over hoe je de vochtbalans weer kan herstellen bij het jonge dier. Er zijn verschillende opties, die ook tegelijkertijd toegepast kunnen worden:
Oral Rehydration Salt / O.R.S
Dit is de meest bekende en makkelijkste manier om vocht toe te dienen aan een jong dier. Er zijn verschillende soorten ORS in de handel. Je kunt een middel voor mensen of een middel voor dieren gebruiken. Het verschil is dat een middel voor mensen vaak fruitige smaakstoffen bevat, die dieren vaak niet lekker vinden. Rehydration is een bekende ORS special voor dieren, en bij de dierenarts hebben ze vaak Lactated RInger Solution klaarliggen. Je kunt ORS ook zelf maken. Zie ook het artikel: Wat is ORS en hoe maak je het?
ORS kan je gewoon via een speentje geven. Als het diertje niet meewerkt, kan je dierenarts de eerste keren ook de ORS via een voedingssonde rechtstreeks in de maag inbrengen.
Subcutane (onderhuidse) toediening
Een dierenarts kan ook onderhuids vocht toedienen. Dit doet een dierenarts vaak door een flinke hoeveelheid Lactated Ringer Solution onder de huid bij de schouderbladen te spuiten. Je krijgt dat een grote of twee kleine bobbels met vloeistof, die langzaam door het lichaam worden opgenomen. Let op dat de vloeistof eerst wordt verwarmd op lichaamstemperatuur, voordat het wordt ingespoten. Anders is het erg onprettig en kan het diertje onderkoeld raken.
Soms zakt de vloeistof onder de huid door richting de pootjes. Dat is niet fijn, maar het kan geen kwaad.
De vochtbalans herstellen is niet alleen een kwestie van wat water te drinken geven
Rehydreren, de vochthuishouding herstellen, is een langdurig proces. Afhankelijk van de mate van uitdroging van het jonge dier, kan het meerdere dagen duren voor het weer helemaal goed is.
Stappenplan:
- bepaal de mate van uitdroging
- besluit hoe je het vocht gaat toedienen (oraal, onderhuids, of allebei)
- kies de juiste vloeistof
- bepaal op basis van het gewicht van het dier, wat de normale dagelijkse hoeveelheid vocht is die het nodig heeft
- bepaal op basis van de mate van uitdroging, hoeveel aanvullend vocht nodig is.
- tel de waardes van 4 en 5 bij elkaar op, en deel dit door het aantal voedingen per dag dat je dier hoort te krijgen
- elke vloeistof die je dier toegediend krijgt, moet opgewarmd worden tot lichaamstemperatuur
- jonkies hebben ook caloriën nodig. Geef na 24 uur ook (verdunde) melk.
Normale hoeveelheid vocht + aanvullend vocht = een goede rehydratatie
Veel dierverzorgers zijn geneigd om alleen de normale hoeveelheid vocht te geven die een jong die zou moeten drinken. Maar daarmee vul je geen tekorten aan. Dit is een grote fout. Het diertje zal veel langzamer herstellen.
Als je de normale hoeveelheid vocht wil bepalen, kijk dan wat een normale hoeveelheid melk voor dat dier is. Dan zit je ongeveer wel goed.
Daarbij tel je nog de extra hoeveelheid aanvullend vocht bij op. Je kunt dat extra vocht verdelen over de verschillende voedingen, door elke voeding iets extra te geven. Of je geeft 1x per dag de extra hoeveelheid tussen de andere voedingen door.
Stap 1: Bepaal de mate van uitdroging
* bron: Wild Mammal Babies, the first 24 hours and Beyond
uitdrogings-percentage | slijmvliezen mond | ogen | huid turgortest | andere tekenen |
minder dan 5% | normaal tandvlees en gehemelte, niet droog | normale ogen | huid schiet binnen een seconde terug | Het dier heeft overgegeven of heeft diarree. Het dier reageert normaal, zoals leeftijdsgenootjes. |
5-7% uitgedroogd | tandvlees en gehemelte zijn een beetje droog | beetje ingevallen ogen | huid schiet binnen 2-5 seconde terug | weinig tot geen urine. Het dier is apathisch. Het dier heeft veel diarree en/of geeft over. |
8-10% uitgedroogd | tandvlees en gehemelte zijn droog, rood en kleverig | ingevallen ogen | huid doet er langer dan 5 seconde over om terug te veren | Als je op de huid of tandvlees drukt, blijft het lang wit. Zwakke hartslag, geconcentreerde donkere urine, depressief, veel overgeven of diarree. |
meer dan 12% | tandvlees en gehemelte zijn kurkdroog | duidelijk ingevallen ogen | huid komt na optissen niet meer terug, of de huid zit zo strak om het lichaam dat je het niet op kunt tillen. | Geen urine. Tekenen van shock, levensbedreigende situatie. Dit dier kan elk moment sterven. |
Stap 5: Bepaal de aanvullende hoeveelheid vocht
* bron: Wild Mammal Babies, the first 24 hours and Beyond
Gebruik dit schema als het jonkie minder dan 6% is uitgedroogd: Hoeveelheid extra vocht die je die dag moet geven: |
|||
gewicht in gram bij opname |
1e dag | 2e en 3e dag | 4e dag |
10 | 0.9 | 0.7 | 0.5 |
25 | 2.2 | 1.8 | 1.2 |
50 | 4.5 | 3.7 | 2.5 |
75 | 6.7 | 5.5 | 3.7 |
100 | 9.0 | 7.4 | 5.0 |
250 | 22.5 | 18.5 | 12.5 |
500 | 45.0 | 37.1 | 25.0 |
750 | 67.0 | 55.6 | 37.5 |
1000 | 90.1 | 74.2 | 50.0 |
Gebruik dit schema als het jonkie ongeveer 8% is uitgedroogd: Hoeveelheid extra vocht die je die dag moet geven: |
|||
gewicht in gram |
1e dag | 2e en 3e dag | 4e dag |
10 | 1.0 | 0.7 | 0.5 |
25 | 2.5 | 1.9 | 1.5 |
50 | 5.0 | 3.9 | 3.0 |
75 | 7.5 | 5.9 | 4.5 |
100 | 10.0 | 7.9 | 5.0 |
250 | 25.1 | 19.8 | 15.0 |
500 | 50.3 | 39.7 | 30.0 |
750 | 75.5 | 59.5 | 45.0 |
1000 | 100.7 | 79.5 | 50.0 |
Gebruik dit schema als het jonkie ongeveer 10% is uitgedroogd: Hoeveelheid extra vocht die je die dag moet geven: |
|||
gewicht in gram bij opname |
1e dag | 2e en 3e dag | 4e dag |
10 | 1.1 | 0.8 | 0.5 |
25 | 2.6 | 2.1 | 1.5 |
50 | 5.5 | 4.2 | 2.5 |
75 | 8.1 | 6.3 | 3.7 |
100 | 11.0 | 8.4 | 5.0 |
250 | 27.5 | 21.0 | 12.5 |
500 | 55.6 | 42.4 | 25.0 |
750 | 81.5 | 63.4 | 37.5 |
1000 | 111.3 | 84.8 | 50.0 |
Gebruik dit schema als het jonkie ongeveer 12% is uitgedroogd. (professionele hulp is noodzakelijk) Hoeveelheid extra vocht die je die dag moet geven: |
|||
gewicht in gram bij opname |
1e dag | 2e en 3e dag | 4e dag |
10 | 1.2 | 0.9 | 0.5 |
25 | 3.0 | 2.2 | 1.2 |
50 | 6.1 | 4.5 | 2.5 |
75 | 8.2 | 6.7 | 3.7 |
100 | 12.3 | 9.0 | 5.0 |
250 | 30.5 | 22.5 | 12.5 |
500 | 61.6 | 45.0 | 25.0 |
750 | 82.0 | 67.5 | 37.5 |
1000 | 123.2 | 90.0 | 50.0 |