Tijdens het flessen van een jong dier, kan het gebeuren dat er melk in de luchtwegen komt. Het diertje gaat proesten, en er komt melk uit de neus. Soms komt de melk tot in de longen en kan daar een longontsteking veroorzaken.
Oorzaken van melk in de luchtwegen
- Het jong wordt te snel gevoed. Het kan de snelheid niet bijbenen en het verslikt zich. Los dit op door minder druk te zetten op het spuitje. Je kunt ook overstappen op een spuitje met een kleinere maat.
- Het spuitje schiet door, omdat het niet soepel loopt. Gebruik altijd o-ring spuitjes, want die zijn het meest soepel, en blijven ook na veelvuldig gebruik soepel lopen.
- Het jong zuigt te hard. Controleer de speen of het gat niet te klein of verstopt is. Zet iets meer druk op het spuitje, of gebruik een kleinere maat. Probeer wat vaker kleine porties te voeren. Sommige dieren zullen altijd hard blijven zuigen, wat je ook doet.
- Er is een verwonding aan de neus of de bek. Als het jong niet normaal uit een speen kan zuigen, zal je sondevoeding moeten overwegen, totdat het is genezen.
- Het jong heeft een geboortedefect, zoals een open gehemelte / hazenlip. Overleg met je dierenarts. Wilde dieren met een open gehemelte kunnen waarschijnlijk niet meer uitgezet worden in de natuur. Tamme huisdieren kunnen gevoed worden met een bolle speen waarvan het gat aan de zijkant wordt gemaakt. Of voed met een sonde.
Let goed op tijdens het voeden
Kijk naar het jong tijdens het voeren. Als je opeens een andere houding ziet, of hij gaat opeens niesen en proesten, of je ziet melk uit de neus komen, stop dan meteen!
Houd het dier een tijdje met de kop naar beneden. Het diertje zal protesteren, het heeft last van de melk in de luchtwegen én het wordt ondersteboven gehouden. Je hoeft niet te schudden, of te kloppen of te knijpen. Er zit niets vast. Laat de zwaartekracht gewoon zijn werk doen. De melk loopt vanzelf naar buiten.
Oudere dieren, die ook al vast voedsel eten, kunnen de melk vaak goed naar buiten niesen. Jonge babies kunnen dat meestal niet.
Geef het diertje tijd om bij te komen, voordat je verder gaat met voeren. Voed eerst een ander nestgenootje, en laat het diertje dat zich verslikte even rustig bij komen. Heb geduld en neem de tijd.
Leren om uit een speen te drinken
De deeltjes in de melk zelk zijn erg plakkerig. Het kan maar moeilijk worden opgehoest, en zorgt daarom makkelijk voor problemen in de longen. ORS is veel minder schadelijk voor de longen, en makkelijker op te hoesten. Begin daarom altijd minimaal 12 uur met ORS als je een diertje met de hand gaat grootbrengen. Het brengt de vochthuishouding van het dier in balans, en het diertje kan ondertussen oefenen hoe het uit een speen moet drinken. Als je dan overstapt op melk, heb je minder kans op verslikking.
Longonsteking
Als een diertje regelmatig melk heeft ingeademd, of zich heeft verslikt, kan dat leiden tot een bacteriële infectie in de longen. Meestal zie je de eerste symptomen na een paar dagen. Let goed op of er tekenen van longontsteking zijn, zoals piepende ademhaling, niesen, hoesten, geen zin om te drinken, snot uit de neus of een klikkend geluid bij het inademen of uitademen. Jonkies die zich hebben verslikt in melk, krijgen niet altijd longontsteking. Het hangt er ook van af hoe vaak het gebeurt, en hoe diep de melk in de longen is gekomen.
Behandeling met antibiotica
Een longontsteking moet altijd worden behandeld door een dierenarts. Ga niet zelf aan de slag met restjes antibiotica die je nog hebt liggen.
Omdat niet alle dierenartsen weten hoeveel antibiotica een jong dier nodig heeft, staat hieronder een overzichtje.
Amoxicilline (eventueel met clavulaanzuur) is een goedkope en effectieve antibiotica in geval van longontsteking.
Gebruik bij konijnen, hazen en bevers nooit antibiotica die eindigen op -cilline.
Amoxicilline
Deze antibiotica wordt over het algemeen goed verdragen door jonge dieren, maar het kan wat diarree en darmproblemen geven. Door ook probiotica te geven, kan dit worden voorkomen.
De aanbevolen toedingingsvorm is een orale suspensie, met een sterkte van 50mg/ml.
De dosering is 20mg/kg, 2x per dag. Dat betekent dat een dier van 1kg 2x per dag ongeveer 0.4ml Amoxicilline nodig heeft. Een diertje van 100 gram 0.04ml en een diertje van 50 gram 0.02ml. Dat is twee kleine streepjes op een 1ml spuitje.
Meestal is een kuurtje van 7-10 dagen genoeg. Bewaar de antibiotica in de koelkast, en bewaar de suspensie niet langer dan 2 weken.
Geef altijd alleen antibiotica onder toezicht van een dierenarts!
amoxicilline met clavulaanzuur
Door de toevoeging van clavulaanzuur wordt de antibiotica nóg effectiever tegen bacteriën. Ook deze antibiotica kan diarree en darmproblemen geven. Probiotica kan dit probleem voorkomen.
De aanbevolen toedingingsvorm is een orale suspensie, met een sterkte van 62,5mg/ml.
De dosering is 20mg/kg, 2x per dag. Dat betekent dat een dier van 1kg 2x per dag 0.32ml Amoxicilline nodig heeft. Een diertje van 100 gram 0.032ml en een diertje van 50 gram 0.016ml. Dat is echt heel weinig: minder dan twee kleine streepjes op een 1ml spuitje.
Meestal is een kuurtje van 7-10 dagen genoeg. Bewaar de antibiotica in de koelkast, en bewaar de suspensie niet langer dan 2 weken.
Geef altijd alleen antibiotica onder toezicht van een dierenarts!
Probiotica
Antibiotica helpt niet alleen tegen een longontsteking, het tast ook de darmflora aan. Om dit te voorkomen, is een kuurtje met probiotica aan te bevelen. Kies een probioticum met zoveel mogelijk verschillende bacteriën en prebioticum erin. Geef dit tijdens de antibioticakuur, en ook nog enkele dagen nadat je bent gestopt met de antibiotica. Dan kan de darmflora zich goed herstellen.
Geef de antibiotica niet tegelijk met de probiotica. Geef de probiotica het liefst op een lege maag, een half uur voor het voeden. Of eventueel een uur na de voeding.
In onze webshop kun je verschillende soorten probiotica kopen. Je hebt probiotica in poedervorm of als smakelijke pasta.