Zo werkt de ovulatie bij honden
Deze uitleg komt van Merja Dahlbom, Doctor of Veterinary Medicine and ECAR Diplomate. In dit artikel legt ze uit wat er gebeurt als een teef ovuleert.
bron: https://belly-labs.com/blogs/science/the-more-you-know-canine-ovulation-explained
Het vrijkomen van eicellen uit eierstokfollikels wordt ovulatie of eisprong genoemd. Een eicel ondergaat veel veranderingen voordat deze bevrucht kan worden door een zaadcel. We hebben allemaal bij de biologielessen op school geleerd hoe een eisprong werkt bij de mens. Maar bij honden werkt het iets anders dan bij mensen. Bij de hond wordt een eicel in een onrijpe vorm als primaire eicel geovuleerd en heeft daarna een paar dagen nodig om vruchtbaar te worden, terwijl bij veel andere diersoorten (en de mens) een geovuleerde eicel onmiddellijk vruchtbaar is (Figuur 1.)
In de eierstokken van een pasgeboren puppy bevinden zich al de kiemcellen (ongeveer 300.000) die zich tot eicellen kunnen ontwikkelen. Tijdens de oestrus rijpen ongeveer 15 van deze cellen en komen tot eisprong. Op de leeftijd van 10 jaar zijn ongeveer 300 van deze kiemcellen 'gebruikt'. De kiemcel ondergaat tijdens zijn ontwikkeling verschillende veranderingen tot de ovulatoire eicel, die bij de hond nog dubbele chromosomen bevat (diploïde cel). De cel deelt zich verder en eindigt als een vruchtbare cel met een enkele set chromosomen (haploïde cel). De geovuleerde eicel wordt van de eierstok naar de eileider getransporteerd waar de bevruchting plaatsvindt. Het aantal geovuleerde cellen is afhankelijk van het ras, de leeftijd, de aangeboren vruchtbaarheid en de algemene gezondheidstoestand.
De cyclus van de hond
De oestruscyclus bij honden is onderverdeeld in vier stadia: proestrus, estrus, diestrus en anestrus.
De lengte van het stadium kan variëren: proestrus 7-21 dagen, diestrus ongeveer 60 dagen, anestrus 1,5-6,5 maanden.
Specifieke hormonale gebeurtenissen gaan vooraf aan de eisprong. De afgifte van geslachtshormonen wordt geregeld door de hersenen. De hypothalamus scheidt GnRH (gonadotrofine vrijgevend hormoon) af, wat op zijn beurt leidt tot de afscheiding van FSH (follikelstimulerend hormoon) uit de voorste hypofyse. FSH stimuleert de groei van follikels in de eierstokken en deze beginnen oestrogeen te produceren. Proestrus begint wanneer de oestrogeenafscheiding begint. Dit veroorzaakt klinische tekenen van loopsheid, zoals het opzwellen van de vulva en bloederige vaginale afscheiding. De oestrogeenconcentratie blijft stijgen en na het bereiken van de piek volgt twee dagen later gonadotrofine LH (luteïniserend hormoon) uit de voorste hypofyse. De secretie van LH is een voorwaarde voor de eisprong. LH wordt slechts korte tijd uitgescheiden (ongeveer één dag) en keert daarna terug naar het basale niveau voor de rest van de oestruscyclus. De oestrogeensecretie neemt af tijdens de piek van het LH, wat samen met het toenemende progesteron leidt tot de gedragsoestrus ("staande krolsheid"). Er is een "feed-back" mechanisme van de eierstokken naar de hersenen, dat de oestrogeensecretie beperkt (Figuur 2.).
Een specifiek kenmerk van de oestruscyclus bij honden is de zogenaamde preovulatoire luteïnisatie. Op het moment van de LH-piek beginnen de follikels progesteron af te scheiden. Na de ovulatie verandert de follikel in een corpus luteum en blijft de progesteronconcentratie stijgen. De stijging houdt aan tot 35 dagen en daalt dan langzaam aan het einde van de diestrus. Het progesteronprofiel is zeer vergelijkbaar bij zowel de drachtige als de niet-drachtige hond; nog een specifiek kenmerk van de oestruscyclus bij de hond. In anestrus zijn de concentraties oestrogeen, LH en progesteron laag (Figuur 3.).