Wat zit er in egelmelk? En hoe kunnen we methodes om egels groot te brengen verbeteren?
Deze tekst is een samenvatting van een lezing die Angela Kramer in september 2016 heeft gegeven bij het regionale overleg van egelopvangcentra in Noord- en Zuid-Holland. De tekst geeft een uitleg over de samenstelling van de egelmelk en waar kunstmelk aan zou moeten voldoen. Ook staan er een aantal onderzoeksvragen in. Heeft de toevoeging van middelen als lactase of extra maiskiemolie een gunstig effect op de groei van de jonge egels?
Een aantal opvangcentra hebben op basis van deze lezing hun werkwijze aangepast, om dit te onderzoeken. Meer over dit onderzoek onderaan deze pagina.
Bronnen voor deze tekst
Untersuchungen zur Zusammensetzung der Igelmilch und zur Entwicklung von Igelsäuglingen. Elisabeth Landes, Jürgen Zentek, Petra Wolf und Josef Kamphues
Tierärztliche Hochschule Hannover 1997. Published in: Kleintierpraxis; Vol. 42,8.
Aufzucht verwaister Jungtiere Teil 1 und 2, door Ellen Kienzle en Elisabeth Landes. Kleintierpraxis, vol 40.
Investigation of milk composition in hedgehogs, door E Landes, J. Zentek, P. Wolff en J. Kamphues
J. Anim. Physion. a. Anim. Nutr. 80 (1998) 179-184
http://www.pro-igel.de/merkblaetter/publpdfs/aufzucht.pdf
http://wildpro.twycrosszoo.org/S/00Man/MammalHusbandryTechniques/HHogHusbIndTech/HR_M_Hedgehogs.htm
Opvallende zaken aan egelmelk
Uit diverse studies blijkt dat egelmelk heel bijzondere eigenschappen heeft. Het heeft hele andere eigenschappen dan commercieel verkrijgbare melkpoeders voor honden en katten.
Het meest opvallend is dat de egelmelk zeer weinig lactose (0,06 – 0,1%) en andere koolhydraten bevat, en een hoge energie-dichtheid. Het bevat veel vet en eiwit, en naar verhouding weinig water.
De melksamenstelling blijft de gehele lactatieperiode vrijwel hetzelfde. Het eiwit en vet-percentage is aan het eind iets hoger dan aan het begin van de lactatieperiode. (eiwit 12,9% – 17,8% vet 17,6% – 33,2%)
Energie in egelmelk
Uit een studie door Neumeier uit 1997 blijkt dat handmatig grootgebrachte egeltjes minder goed groeien dan egels die gewoon door de moeder worden gevoed. Dat is deels te verklaren doordat gevonden egeltjes gewond zijn geraakt en lange tijd geen melk hebben gehad.
Egelmelk bevat veel vet en energie. Uit een studie door Struck uit 1995 verbruiken egeltjes ca 135-175 kJ/100 gram lichaamsgewicht.
(ter vergelijking: honden en katten verbruiken ca 100 kJ/100 gram lichaamsgewicht)
Omdat puppymelk veel minder energie bevat dan egelmelk, moet je de poedermelk met minder water aanmaken dan aanbevolen, en egeltjes tot 50 gram ca 10x per dag voeden. Dit is in de praktijk bijna niet haalbaar. Zeker niet bij een egelopvang met meerdere nestjes egeltjes.
Over het algemeen wordt aanbevolen een egeltje 25% van zijn lichaamsgewicht aan melk te geven. Dus weegt het 30 gram, dan moet het 7,5ml per dag drinken.
Onderzoek naar hoe vaak per dag een moederegel in de natuur haar jongen voedt heb ik niet kunnen vinden.
Koolhydraten
Koolhydraten zijn voedingssuikers, en de melk van de meeste dieren bevat koolhydraten in de vorm van lactose (melksuiker). Egelmelk bevat bijzonder lage concentraties lactose (0,06 – 0,1%), en ook geen andere suikers.
Koemelk, geitenmelk en kunstmelk bevatten wel bijna allemaal lactose en andere koolhydraten. Sommigen kunstmelkpoeders bevatten wel 15-20% lactose (droge stof, dus zonder water).
Lactase is een enzym dat lactose helpt afbreken in simpele suikers. En het kan eenvoudig aan melk worden toegevoegd om melk lactosevrij te maken. De koolhydraten verdwijnen niet. De moeilijk te verteren melksuikers, worden door de lactase omgezet in eenvoudiger te verteren suikers.
Op FoxValley 30/50 en Zoologic MultiMilk 32/50 na, is er geen melkpoeder verkrijgbaar met een laag lactosegehalte.
FoxValley 30/50 en Zoologic MultiMilk 32/50 waren destijds niet bekend bij de schrijvers van Untersuchungen zur Zusammensetzung der Igelmilch und zur Entwicklung von Igelsäuglingen.
Het is een fabeltje dat geitenmelk geen lactose bevat. Het bevat bijna net zoveel lactose als koemelk (ca 4-5%)
Veruit de meeste egels worden dus noodgedwongen grootgebracht met melk dat lactose bevat. Je ziet daardoor veel spijsverteringsproblemen bij jonge egels die met de hand worden grootgebracht. Ook zie je bij handopfok vaker darmproblemen door de micro-fermentatie van koolhydraten door de darmbacteriën. Dit komt voornamelijk doordat er weinig lactase wordt aangemaakt door de egeltjes zelf.
Darmproblemen kunnen zich voordoen in de vorm van diarree en/of een opgezwollen buik.
Ik zou graag eens onderzoeken of het toevoegen van lactase aan de melk een positief effect heeft op de spijsvertering en de ontlasting.
In Duitsland wordt ook lactase toegevoegd aan de melk. Zie handleiding
http://www.pro-igel.de/merkblaetter/publpdfs/aufzucht.pdf
Zij adviseren lactase-capsules toe te voegen, maar er zijn in Nederland ook lactase druppels verkrijgbaar. Die zijn handiger in gebruik.
Disolut Lactase druppels zijn in de webshop verkrijgbaar: €14,95 voor 14 ml.
Eiwitten
Melk bevat eiwitten. Deze eiwitten zijn opgebouwd uit aminozuren. Een aantal aminozuren kunnen door het lichaam zelf worden gemaakt, maar anderen moeten via de voeding worden verkregen. Dit noemen we essentiële aminozuren.
Als je kijkt naar de aminozuren in egelmelk, vallen een aantal zaken op. 50% van de eiwitten bestaan uit essentiële aminozuren, voornamelijk Lysine en Leucine. Dat is hoog!
Ook opvallend is het hoge percentage zwavelhoudende aminozuren Cysteïne en Methionine.
Percentage zwavelhoudende aminozuren (Cysteïne en Methionine) tov het totale aantal aminozuren:
Egels: 6,4 g / 100g aminozuren
Rund: 3,6 g / 100g aminozuren
Hond: 4,0 g / 100g aminozuren
Je moet niet alleen kijken naar het totale eiwitpercentage, maar ook echt goed naar de verschillende aminozuren kijken. In 1991 hebben Kienzle en Kamphues onderzoek gedaan naar de invloed van verschillende aminozuren op de verteerbaarheid van kattenmelk (door kittens). Het bleek dat kattenmelk met veel Caseïne (dat gemakkelijk vlokken vormt) leidde tot een hogere kattensterfte, ten opzichte van kattenmelk met andere aminozuren.
Vetten
Egelmelk bevat veel vet, en de samenstelling van het vet is ook anders dan bij koeien of honden.
Ongeveer 98% heeft een keten van >=C 16, waarvan het overgrote deel (78%) onverzadigde vetten zijn. Palmitinezuur (21%), Oliezuur (37%) en Linolzuur (27%) zijn de meest voorkomende vetzuren in egelmelk. Linolzuur komt nauwelijks voor in koemelk!
Deze vetzuren zijn vooral terug te vinden in plantaardige oliën
Palmitinezuur: zit in palmolie, kokosolie en verder ook in alle dierlijke vetten en oliën
Oliezuur: Zeer veel in olijfolie, verder ook in alle dierlijke en plantaardige vetten en oliën
Linolzuur: Saffloerolie, zonnebloemolie, maisolie, sojaolie, arachideolie
De vetzuren in koemelk en geitenmelk bestaan voor ca 80% uit
caprinezuur C10:0,
Myristinezuur C14:0,
Palmitinezuur C16:0,
Stearinezuur C18:0
en Oliezuur C18:1
Geitenmelk heeft een hoger aandeel
Capronzuur c6:0 ,
caprylzuur c8:0 en
caprinezuur C10 dan koemelk, maar dat komt verder dus ook niet beter overeen met egelmelk.
goede informatiebron over vetzuren in geitenmelk (ook in vergelijking met koemelk): http://www.louisbolk.org/downloads/1997.pdf
Ik zou graag eens onderzoeken of het toevoegen van Linolzuur uit zonnebloemolie of maiskiemolie aan de melk een positief effect heeft.
Extra olie toevoegen verhoogt het energie-gehalte en zorgt ervoor dat de vetzuren in de kunstmelk beter overeen komen met de vetzuren in de moedermelk.
De hoeveelheid olie die je aan de egelmelk moet toevoegen hangt af van het vetgehalte van de melk je op dit moment gebruikt. Neem contact met me op voor advies hierover.
Mineralen en sporenelementen
Egelmelk is in vergelijking met melk van koeien en huisdieren erg rijk aan mineralen.
De calcium phosphor verhouding is 1,5:1 en dat is wel gebruikelijk.
Egeltjes groeien erg snel. Een week na de geboorte hebben ze hun gewicht al verdubbeld. Dit is erg bijzonder, en waarschijnlijk hebben ze extra veel mineralen nodig voor de opbouw van hun skelet en lichaam.
Egelmelk is relatief hoog aan IJzer, Zink en Koper.
In een studie naar egelmelk uit 1995 van Struck kwamen zeer hoge IJzerwaardes naar voren. Maar daar is in latere studies niet meer bevestigd. Er waren maar 2 melksamples genomen in 1995, dus het zou een afwijking van een individu kunnen zijn, of een meetfout.
Als je de melk aanmaakt met minder water dan aanbevolen, zitten er automatisch naar verhouding meer vitamines en mineralen in de melk.
De groei en ontwikkeling van jonge egels
Groeischema van egels die gevoed zijn met moedermelk.
Egels worden geboren met een gewicht van 15-25 gram.
In de eerste 14 dagen komen ze dagelijks ca 3 gram aan. Na 14 dagen neemt het lichaamsgewicht zelfs toe met ca 4 gram per dag.
Rond een leeftijd van 20 dagen beginnen ze ook zelfstandig te eten, en dan zie je dat de groeicurves per individu sterk uiteen gaan lopen.
Ook de grootte van het nest is bepalend voor de snelheid waarmee de jongen (in de natuur) in gewicht aankomen. Jongen uit kleine nestjes groeien meestal sneller dan jongen uit grote nestjes. Waarschijnlijk kan de moeder niet voldoende melk aanmaken.
In de natuur worden egeltjes gespeend op een leeftijd van ca 6 weken oud. Ze zijn dan 200 – 250 gram.
In opvangcentra gaat de groei veel langzamer, en worden jonkies vaak nog tot 300 gram melk gegeven.
Een recept voor egelmelk met gemakkelijk verkrijgbare ingrediënten
Tijdens mijn speurtocht naar wetenschappelijke informatie over egeltjes, kwam ik een nieuw recept tegen op basis van kwark.
Het staat in het artikel Aufzucht verwaister Jungtiere Teil 2: Herstellung von Milchaustauchern und praktische Durchfürung der Mutterlosen Aufzucht. Door: Ellen Kienzle en Elisabeth Landes. Kleintierpraxis vol 40
Het artikel gaat over het zo goed mogelijk benaderen van de moedermelk met goedkope en eenvoudig te verkrijgen producten.
Voor egels komen ze met een recept van:
60% magere kwark
12% eigeel
18% venkelthee
8% olie (Speiseöl, welke soort wordt niet genoemd)
2% mineralen-supplement.
Het recept kan vooraf gemaakt worden, en ingevroren in spuitjes met een afsluitdopje. Iedere keer dat je een portie nodig hebt, ontdooi je zo’n spuitje in een bak met warm water. Zodra het water is afgekoeld naar 37 graden, kun je er vanuit gaan dat de melk ook 37 graden warm is.
Een ander recept dat ik vond in Investigation of milk composition in hedgehogs, door E Landes, J. Zentek, P. Wolff en J. Kamphues uit: J. Anim. Physion. a. Anim. Nutr. 80 (1998) 179-184
Dit artikel is een jaar later geschreven, en het recept is verder uitgewerkt:
15 gram rauwe eidooier (eigeel levert eiwitten, vitamines en werkt als emulgator)
30 gram gebakken ei (scrambled egg, gemaakt met de olie)
8 gram soya olie of maiskiemolie (levert de benodigde linolzuur)
30 gram magere kwark
0,7 gram vitaminen/mineralen supplement
0,5 gram CaCO3
15,8 gram thee of water
totaal: 100 gram voer.
In dit tweede recept wordt minder kwark gebruikt, wat meteen een lager lactosegehalte geeft. En extra eiwitten leveren de aminozuren die de egeltjes nodig hebben. Het eiwit moet verhit zijn, omdat rauw eiwit een stofje genaamd avidin bevat, wat de opname van biotine en trypsine tegengaat.
Dit recept is in Duitsland uitgetest op wat oudere jonge egeltjes, en dat werkte goed. Ze moeten ongeveer 20-25% van hun lichaamsgewicht per dag krijgen.
Egelopvang Dikke Prik heeft dit laatste recept uitgeprobeerd, maar de egeltjes wilden het niet eten. Waarschijnlijk moet er qua smaak nog heel wat aan dit recept worden verbeterd.
Enquête en onderzoek egels grootbrengen
Iedere egelopvang heeft zo zijn eigen methodes voor het grootbrengen van jonge egels. En het is zeer interessant om het gebruik van verschillende melkpoeders en methodes voor het grootbrengen van jonge egels in kaart te brengen. Zo kan bepaald worden wat het beste protocol is om jonge egeltjes groot te brengen.
Het onderzoek wordt uitgevoerd door Angela Kramer van Melk voor Dieren in samenwerking met zoveel mogelijk egelopvangcentra in Nederland en België.
Een enquete is verstuurd naar diverse egelopvangcentra. De antwoorden worden vertrouwelijk behandeld. Iedere opvang krijgt een code en specifieke egelopvangcentra worden niet met naam genoemd in de uitslag van het onderzoek. Als er opvallende verschillen zijn met andere egelopvangcentra, dan bespreken we dat direct met de betreffende egelopvang.
Daarnaast vragen we zoveel mogelijk groeischema's en voedingsschema's op van verschillende egeltjes bij verschillende egelopvangcentra. Hiermee worden groeicurves gemaakt, die onderling kunnen worden vergeleken.
Wilt u ook meedoen aan dit onderzoek? Mail dan naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.