Voor jonge moederloze dieren is extra warmte van levensbelang. Zonder extra warmte kunnen jonge dieren zoals kittens, konijntjes, eekhoorns, egels, etc niet overleven. Dieren die de oogjes nog dicht hebben, kunnen hun lichaamstemperatuur niet zelf regelen.
|
Algemene richtlijnen voor de temperatuur van de couveuse: |
|
Pasgeboren zoogdieren: 32-35 graden Celsius Zoogdieren met dichte ogen: 29,5 – 35 graden Celsius Jonkies met open ogen: 29 – 22 graden |
Een couveuse is de beste keuze voor pasgeboren dieren en dieren die ziek zijn.
Afhankelijk van hoe het met het dier gaat, kun je geleidelijk afbouwen naar kamertemperatuur. Jonge dieren die gezond zijn en zelf goed kunnen lopen, kunnen verplaatst worden naar een groter verblijf met een warmtematje. Ze kunnen dan zelf kiezen of ze op het warmtematje gaan liggen, of een koeler plekje opzoeken.
Het hangt ook af van het diersoort. Diersoorten met een hogere lichaamstemperatuur hebben ook een iets hogere temperatuur van de couveuse nodig.
diersoort |
lichaams-temperatuur |
| Kitten week 1 | 36,5°C |
| Kittens week 2 en 3 | 36,5-38 °C |
| Kittens week 4, 5, 6 | 38-39 °C |
| Puppy’s | 39,5°C |
| Vossen | 39–40.5°C |
| Egels | 35.4–37°C |
| Otters | 35.9–40.4°C |
| Konijnen en hazen | 38.5–40°C |
| Vogels | 41–44°C |
Het belang van een constante temperatuur
Wanneer de omgevingstemperatuur rond een jong dier steeds wisselt, geeft dat stress in het lichaam. En een gestresst dier zal minder goed groeien. Daarom is een couveuse met een constante omgevingstemperatuur ideaal voor jonge dieren. Bij de meeste couveuses kan je de temperatuur tot op de tiende graad nauwkeurig instellen. Zodra de temperatuur in de couveuse daalt, gaat het verwarmingselement aan en wordt er meer warme lucht in de couveuse geblazen.
Let erop dat je dier niet afkoelt als je het uit de couveuse haalt. Je kunt in de couveuse een extra doekje (of washandje) leggen. Wikkel je diertje meteen in dat warme doekje, als je het uit de couveuse haalt voor een voeding. Dan koelt je dier minder snel af.
Een doekje op kamertemperatuur voelt voor ons niet koud aan, maar is écht een heel verschil met een doekje van 30-35 graden uit de couveuse.
Luchtvochtigheid in de couveuse
Voor de meeste zoogdieren is een luchtvochtigheid van 65% ideaal, maar alles tussen 55% en 75% is prima.
De Brinsea TLC Advance 40 en TLC Advance 50 couveuses kunnen de luchtvochtigheid meten. Je kunt bij aan die couveuses ook een speciale luchtbevochtiger toevoegen. Daarmee kan je tot op de procent nauwkeurig de luchtvochtigheid instellen en automatisch laten regelen.
Heb je niet zo'n couveuse, dan moet je zelf de luchtvochtigheid regelen. Je kunt zelf heel eenvoudig een luchtvochtigheidsmeter in je couveuse ophangen, om zo de luchtvochtigheid in de couveuse te kunnen meten. Een analoge hygrometer heb je al voor minder dan een tientje.
Door de hogere temperaturen kan de lucht erg droog worden in de couveuse. Dat is slecht voor de huid en de luchtwegen van je dier. Daarom hebben de meeste couveuses een bakje water met een sponsje nabij de ventilator. De nieuwe, warme lucht laat het water verdampen, waardoor de luchtvochtigheid stijgt. Let dus op dat er altijd water in dat bakje is. Bij couveuses zonder verdampingsbakje, kan je zelf een natte spons of een bakje water bij het dier zetten.
Luchtvochtigheid bij pasgeboren dieren met een laag geboortegewicht
Uit onderzoek blijkt dat bij pasgeboren dieren met een té laag geboortegewicht het beter doen met een hogere luchtvochtigheid dan normaal.
Een luchtvochtigheid van 85-90% is het meest effectief om de lichaamstemperatuur op peil te houden en uitdroging te voorkomen. Bij zulke hoge luchtvochtigheid, mag de omgevingstemperatuur niet boven de 32 graden komen. Uit onderzoek blijkt dat temperaturen boven de 35 graden met daarbij een luchtvochtigheid van 95% bij puppies en kittens juist weer leidt tot ademhalingsproblemen. Dus het blijft balanceren en opletten!
Bron: Small Animal Pediatrics, 2011, Husbandry of the Neonate, Kevin T. Fitzgerald and Kristin L. Newquist https://www.ncbi.nlm.nih.gov/pmc/articles/PMC7151968/
Maakt een couveuse niet teveel geluid?
De meeste couveuses maken een zoemend geluid. Dit is de ventilator die je hoort draaien. Alhoewel dit irritant lijkt, kan het juist ook geruststellend werken voor het jonge diertje. In de baarmoeder is het ook nooit stil, en we weten van mensenbaby’s ook dat ze beter slapen met wat rumoer op de achtergrond. Bovendien dempt het zoemende geluid andere omgevingsgeluiden, waardoor die minder opvallen. Het diertje zal minder angstig zijn, en dus ook minder gestresst.
Waar kan ik een couveuse kopen?
In dit artikel lees je hoe zelf een eenvoudige couveuse kunt maken.
En in de webshop van Melk voor Dieren verkopen we verschillende soorten couveuses van Brinsea. De Brinsea TLC 30 advance is het instapmodel, en geschikt voor 1 puppy, kitten of ander klein diertje.
De Brinsea TLC 40 en 50 zijn wat groter en worden veel gebruikt door asielen en opvangcentra.
